Op 23 november 2024 organiseerde Stefaan Soenen een proeftafel Belgische rode wijn op wijndomein Petrushoeve in het Hageland. In de voormiddag proefden we 16 wijnen op basis van pinot noir. In de namiddag volgden evenveel wijnen op basis van andere blauwe druiven. Dit is het tweede deel van het verslag van deze proeftafel
Voormiddag: pinot noir all over the place
In de voormiddag concentreren we ons op Belgische wijnen gemaakt van pinot noir. Stefaan Soenen heeft voor een mooie collectie van 16 wijnen uit de verschillende wijnbouwstreken van België gezorgd. De nieuwsgierigheid is groot. Houden Belgische pinot noirs stand tegenover hun buitenlandse collega’s? Zouden we een verschil proeven tussen een pinot noir uit het Heuvelland en eentje uit de Maasvallei? Pinot noir wordt ook een mooi verouderingspotentieel toegekend in het buitenland. Hoe evolueren ze in België?

We beginnen onze ronde van België in de Westhoek bij wijndomein d’Hellekapelle met een pinot noir uit de 2016 en eentje uit 2018. 2016 was een moeilijk jaar in België met voorjaarsvorst en een vochtig voorjaar en een koele julimaand. Die factoren zorgden een trager groei- en rijpingsproces. De pinot noir 2016 was zeer licht van kleur en had wel redelijk wat fruit in de neus, maar werd in de mond vooral gekenmerkt door hoge zuren, weinig tannines en een minder breed smaakpalet. De wijn deed sommige leden van het proefpanel denken aan een wijn gemaakt van de poulsard druif uit de Jura, die zowel ampelografisch als op het vlak van aroma’s wel wat gelijkenissen vertoont met pinot noirs uit koelere streken. 2018 was een beter wijnjaar in België met een warme, droge zomer en een zonnig najaar. Dat vertaalde zich in de tweede wijn van d’Hellekapelle in meer body en meer – versmolten – tannines. Met de derde wijn bleven we in de Westhoek met de Pinot Noir Cuvée Leon 2020 van domein Cense de l‘Alouette. In deze wijn kwamen de typische pinot noir aroma’s mooi naar voor (framboos, kers, kruidigheid, aardse toetsen, …). Persoonlijk vond ik de tannines een klein beetje astringent, zonder dat dat echter de smaakervaring verstoorde. In vergelijking met de aroma’s in de neus, was het smaakpalet in de mond minder complex.

Een eerste – persoonlijk – hoogtepunt van de dag kwam er met de pinot noir 2018 van domein Crutzberg (Limburg). Domein Crutzberg ligt in de Voerstreek, een gebied met veel kalksteen en mineralen in de bodem. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat wijnbouwer Eugene Ernens met zijn aanplant van (vooral) chardonnay en pinot noir in de eerste plaats aan mousserende wijnen dacht. Onder invloed van de klimaatverandering en door zijn eigen toegenomen ervaring, begon hij later ook stille wijnen te maken, die al herhaaldelijk bekroond werden. De stille wijnen worden hoofdzakelijk gemaakt op basis van chardonnay, maar in bepaalde, zeer goede wijnjaren durft Ernens ook een stille wijn op basis van pinot noir te maken in een beperkte hoeveelheid. Deze pinot noir 2018 is een plezier om te drinken met in de neus naast de typische fruitaroma’s ook delicate florale en kruidige aroma’s, en ook lichte vanille en cederhouttoetsen. De elegantie in de neus wordt ook weerspiegeld in de mond, met een nadruk op kruidige toetsen, ondersteund door fijne en elegante zuurtjes.

Kan een Belgische wijnbouwer pinot noir maken die mooi veroudert? De vraag was open bij het begin van de
proefsessie, maar afgaand op vroegere proefervaringen zou ik mijn geld gezet hebben op een pinot noir van Château Bon Baron, een van de betere Belgische wijndomeinen gerund door Jeanette en Piotr van der Steen. De vijfde wijn van de voormiddag, de Pinot Noir Trésor uit 2013, bevestigde op alle vlakken. Een zeer gevarieerd aromaprofiel met zowel de typische fruittoetsen (rode en zwarte bessen, kersen, …), kruiden, aardse aroma’s (truffel, bosgrond, …) en tertiaire aroma’s zoals leder, koffie, sigarenkistje. In de mond een subtiel samenspel van delicate zuren en gerijpte en mooi verweven tannines met een lange afdronk. Deze wijn is nu top om te drinken én afgaand op de zuurtegraad en de tanninestructuur kan hij gerust ook nog wat jaartjes liggen. Stefaan Soenen wist ook te vertellen dat Bon Baron ontsteelt, de steeltjes laat drogen en een deel van die gedroogde steeltjes daarna weer toevoegt. Note to self: vragen aan de wijnbouwers waarom ze deze techniek toepassen.
Met de zesde wijn keren we terug naar de Voerstreek. De pinot noir van domein Pietershof uit 2018 heeft een gevarieerde neus met rijp rood fruit, waar ook wat mineraliteit in terug te vinden is. In de mond kon de wijn me iets minder bekoren. De tannines waren naar mijn gevoel wat minder rijp en het zuurgehalte in de wijn mocht ook iets hoger. Ook de zevende wijn, de Pinot Noir Rocopo 2019 van domein Haksberg in het Hageland vond ik een tikje groenig met nog niet volledig geïntegreerde tannines. De zuren waren wel hoger dan in de pinot noir van Pietershof, dus mogelijk volgt er nog een betere integratie wanneer de wijn nog een paar jaar gelegen heeft.

De Pinot Noir 2016 van domein Aldeneyck was weer een schot in de roos. Deze gerijpte pinot noir werd naast de fruitaroma’s ook gekenmerkt door mooie tertiaire aroma’s en een subtiele houttoets. Een nogal hoge zuurtegraad, mooi in balans gehouden door een gerijpte tanninestructuur. Ik ben benieuwd hoe de wijn zal evolueren wanneer hij nog een paar jaar langer ligt.
Gust Bertels van domein Het Eiken Vat werd gebeten door het wijnbouwvirus toen hij een aantal wijnstokken cadeau kreeg van Jean Bellefroid, de iconische (amateur)wijnbouwer uit Borgloon die in de jaren ’70 mee aan de wieg stond van de heropbloei van de Belgische wijnbouw. Net als Bellefroid experimenteert Bertels graag met verschillende druivenrassen, zowel klassieke als interspecifieke. Zijn pinot noir Eiken Vat 2020 is een correct gemaakte wijn, waarbij de fruitaroma’s naar mijn smaak iets te veel overheerst worden door de houttoetsen van de wijn. De kruidigheid zorgt wel voor voldoende karakter in de wijn en compenseert de wat lagere zuurtegraad.
Met domein Cuvelier gaan we naar Haspengouw. We proefden de Biznoir Pinot Noir 2019 en 2022. De 2022 is een blend van 2 verschillende klonen van pinot noir en kon me persoonlijk minder bekoren dan de 2019, die volledig gemaakt werd op basis van de 777-kloon. Beide hebben een rokerige neus, maar bij de 2019 komt het fruit (kriek, kers) beter tot zijn recht in de neus. De 2019 heeft ook een uitgesprokener kruidig aromapalet met behalve gedroogde kruiden, ook een verse munttoets. Door de hogere zuurtegraad heeft de 2019 volgens mij ook een langer bewaarpotentieel dan de 2022.

Een van de verrassingen van de dag was domein De Caybergh, een klein domein van 1,1 ha nabij Herk-de-Stad dat volop inzet op terroir-expressie en zowel in de wijngaard als in de cuverie zo natuurlijk mogelijk werkt. De grootste aanplant bestaat uit pinot noir, de persoonlijke voorkeur van de wijnbouwer. De cuvé Leonard 2019 is het resultaat van massale selectie van verschillende pinot noir klonen en is een aromabom in de neus met (rijpe) kers, menthol, vanille en discrete houttoetsen. In de mond is de wijn vol, met een spannende, maar evenwichtige balans tussen tannines en zuren. De fruitaroma’s uit de neus, krijgen ook in de mond vrij spel, wat zorgt voor een vlot drinkbare, elegante wijn.
De jongste wijn van de dag is de Pinot Noir 2023 van domein De Steinberg uit Bree. Deze wijn was eigenlijk nog iets te jong om te drinken, wat zich vertaalde in een wat stroeve tanninestructuur. De neus is erg gevarieerd met zowel fruitaroma’s (kers, kriek, bosaardbeien), florale aroma’s (viooltjes), aardse toetsen en wat menthol. De wijn kondigt zich aan als een vlot toegankelijk, fruitige pinot noir die ik over een paar jaar zeker nog eens terug wil proeven.

Ook de cuvé Ange ou demon 2022 van Château de Bousval is nog erg jong om te drinken, maar hij werd desalniettemin toch al bekroond in de Gault & Millau Gids voor Belgische Wijn 2024 en ook de Amerikaanse wijnschrijver James Suckling gaf de wijn al 91/100. De wijn heeft een erg gevarieerde neus, met florale toetsen van viooltjes en rozen, klein rood fuit en een delicate hout- en vanilletoets. In de mond is de wijn ondanks zijn jeugdige leeftijd al erg soepel met rijpe tannines. In de finale miste ik wat spanning.
Even jong is de Pinot Noir 2022 van domein Petrushoeve. Op Petrushoeve maakt men tijdens de vergisting gebruik van een rotofermentor in de inox vaten. Die fermentor vertraagt de gisting en zorgt voor een trage en delicate extractie van de aroma’s. In deze wijn vertaalt zich dit in de neus in een heuse fruitbom met aroma’s van kersen, krieken, kleine rode bessen en bosaardbeien, met op de achtergrond ook nog florale aroma’s en een hint van mentol. Die fruitaroma’s worden bevestigd in de mond, waar er ook een mooi evenwicht is tussen zuren en geïntegreerde tannines. Erg benieuwd hoe deze – en de vorige – wijn zal evolueren.
Als laatste wijn van de voormiddag stond de gerijpte Pinot Noir 2014 van domein Genoels-Elderen op tafel. Deze wijn zit in de neus al volop in de tertiaire aroma’s met rijp rood fruit, leder, animale toetsen en vanille. In de mond is de wijn nog verrassend sterk gestructureerd. De tannines zijn nog vrij streng, maar toch ook al mooi verweven met de zuren die ook nadrukkelijk aanwezig zijn. De wijn heeft een lange afdronk en kan zonder twijfel nog heel wat jaren liggen. Stefaan Soenen had broodjes beloofd bij de lunchpauze, maar in combinatie met deze wijn had ik liever een lekker stukje hertenfilet gekregen …
Deel 1 bevat een aantal algemene bedenkingen over Belgische rode wijn
Deel 3 bevat de proefnotities van de Belgische wijnen op basis van andere blauwe druiven