Wijn en Gaard – Over Belgische wijn

Villers-La-Vigne: levende geschiedenis van de Belgische wijnbouw.


Twee jaar geleden overhaalde mijn vrouw mij om op vakantie te gaan naar Denemarken terwijl mijn reisinteresses over het algemeen iets zuidelijker georiënteerd zijn. Haar belangrijkste overredingsmiddel was … “En ze hebben daar ook wijngaarden. Ik heb er al een paar opgezocht die we kunnen bezoeken” …

Onlangs besloot ik om haar een koekje van eigen deeg te serveren: “Heb je geen zin om de abdij van Villers-la-Ville te gaan bezoeken?” (staat al jaren op haar wish list) “Oh ja, ze hebben daar ook een wijngaard die je kan bezoeken. Misschien kunnen we daar ook eens langs gaan?” 😊. Toegegeven, ik moest ook nog een lunch in de strijd gooien in het sympathieke restaurant Le Saint-Bernard, maar uiteindelijk had ik haar ook niet echt verteld dat er ook een gegidste rondleiding van meer dan twee uur bij het wijngaardbezoek hoorde.

Ja natuurlijk zijn de ruïnes van het oude klooster erg romantisch en indrukwekkend, maar indien je interesse uitgaat naar het monastieke verleden van de site, dan verwijs ik je graag door naar de website van de erfgoedsite. Het onderwerp van deze blogpost betreft immers niet zozeer de reconstructie van de abdij, maar wel de kleine clos, die verborgen ligt op de site, Villes-la-Vigne. De vrijwilligers van het project spreken over hun “Clos de bonheur” en na het bezoek aan de wijngaard, kan ik dat alleen maar beamen.

Toegang tot de wijngaard
Toegang tot de wijngaard

Een stukje geschiedenis

In 1146 arriveerden de eerste cisterciënzer monniken afkomstig van de Abdij van Clairvaux in Villers op uitnodiging van ridder Gauthier de Marbais en zijn moeder Judith. Ze bouwden een abdijkerk in Romaanse stijl en al snel kwam de abdij tot grote bloei. Aanvankelijk was het aantal monniken nog vrij beperkt en de wijn die nodig was in de liturgie werd geïmporteerd uit Duitsland, waar een aantal van de eerste abten vandaan kwamen. Na verloop van tijd groeide de groep echter aan tot een honderdtal monniken en ongeveer 350 lekenbroeders. Het werd dan ook te omslachtig om wijn te blijven importeren uit Duitsland. De monniken begonnen dus wijngaarden aan te leggen op verschillende plaatsen in het toenmalige hertogdom Brabant, onder meer in de buurt van Leuven, Mellemont, Court-Saint-Etienne, …

De monniken wilden echter ook een wijngaard “intra muros”, binnen de begrenzing van de abdij dus. Wanneer die wijngaard precies aangelegd is, hoe die er uitzag of welke druiven er aangeplant stonden, valt niet meer te achterhalen, maar in 1312 vroeg de abt van de Abdij van Nijvel in een brief de toestemming aan de abt van Villers voor de aanleg van een weg tussen de zogenaamde Brusselse Poort en de Naamse Poort die de abdij begrenzen, “langs de wijngaard”. Dit is het eerste administratieve spoor van een wijngaard binnen de muren van de abdij. Hoe het in de loop der jaren verder ging met die wijngaard is moeilijk te reconstrueren, maar in 1616 wordt er in een notariële akte ook melding gemaakt van een ongeval waarbij twee vrouwen in het water vielen (wellicht in het riviertje de Thylle, die langs de abdij stroomt), waarop een van hen naar haar echtgenoot riep “die in de wijngaard werkte”.

Wijngaard Villers-la-Vigne
Wijngaard Villers-la-Vigne

De wijngaard raakte net zoals de abdij zelf in verval na de Franse revolutie toen de monniken onteigend en verjaagd werden en de site in handen kwam van een aannemer die het grootste stuk van de gebouwen sloopte en de stenen doorverkocht. Ook de archieven van de abdij gingen in die turbulente periode grotendeels verloren, waardoor het erg moeilijk is feitelijke informatie over de wijngaard terug te vinden.

Onder invloed van de romantiek bezochten heel wat kunstenaars en schrijvers de halfvergane ruïne van Villers en eind negentiende eeuw besliste de overheid dan ook om de site deels te restaureren en open te stellen voor publiek. De interesse van de overheid voor het archeologisch erfgoed van de site moet echter niet overdreven worden, want anders zou het moeilijk te verklaren zijn dat er op een bepaald moment beslist werd om een treinbedding aan te leggen dwars over de site. Door die iconoclastische daad, raakte het perceel waarop de wijngaard van de abdij (vermoedelijk) lag, afgesneden van de rest van de site.

Confrérie du Vignoble de l’Abbaye de Villers-en-Brabant

Het zou tot 1990 duren alvorens een nieuwe hoofdstuk werd geschreven aan de wijnbouwgeschiedenis op de site. Toen werd de vzw Conférie du Vignoble de l’Abbaye de Villers-en-Brabant opgericht. De leden van de vzw begonnen aan het titanenwerk om de compleet overwoekerde wijngaard te ontruimen en de terrassen te reconstrueren. Door de financiële steun van de Waalse overheid konden ook de half ingestorte muren rondom de ‘clos’ hersteld worden, evenals de stenen trappen die naar de verschillende terrassen leiden. In 1994 volgde dan de eerste aanplant en in 2000 konden de eerste 19(!) flessen gebotteld worden. De gidsen van de rondleiding, Paul en Doug, vertelden al lachend dat het de eerste jaren echt wel met vallen en opstaan ging en dat de konijnen in de buurt menig feestmaal organiseerden met de jonge scheuten uit de wijngaard.

Hoe ziet de “educatieve wijngaard” van de Villers er nu precies uit? Qua oriëntatie is het perceel perfect zuidoostelijk gericht om maximaal van de zon te kunnen genieten. Dat effect wordt nog vergroot door het feit dat de wijngaard – die ongeveer 20 are groot is, waarvan 14 are beplant –  is aangeplant op vijf terrassen. Ook de muren rondom de wijngaard, opgetrokken uit grote schistblokken die in de omgeving ontgind werden, dragen bij tot het microklimaat van het perceel, waardoor er bijvoorbeeld minder kans is op vorstschade.

De ondergrond bestaat uit rotsen van schist, een uitloper van het Ardeens massief, met daarop een relatief dunne laag van zand-leem en leisteen.

Voor de eerste aanplant kozen de vrijwilligers van Villers-la-Vigne voor léon millot, een interspecifieke soort die resistent is tegen schimmels. De wijnen van de léon millot bleken echter vrij rustiek en minder aromatisch. Daarom werden de wijnstokken vanaf 2005 gerooid en vervangen door een ander interspecifieke soort, de regent (kruising van de blauwe druif chambourcin en de witte druif diana) en meer bepaald het subtype SO4, dat een goede resistentie heeft tegen echte en valse meeldauw.

In totaal omvat de wijngaard van Villers 1000 planten, waarvan  het merendeel regent. Op de hogere terrassen worden echter ook de witte phoenix en muscaris aangeplant. Omdat die eerste minder goed bestand is tegen botrytis, worden ze geleidelijk aan vervangen door muscaris, die er beter tegen bestand is (de witte druiven worden ofwel samen met de rode vergist, ofwel wordt er in bepaalde jaren een mistelle mee gemaakt). Gemiddeld wordt er gerekend opeen opbrengst van  50-55 hl/ha, wat resulteert in ongeveer 900 flessen, maar dat kan sterk variëren. In 2021 was er bijvoorbeeld een grote uitbraak van valse meeldauw in de wijngaard en konden er maar 95 flessen gebotteld worden. Ook 2022 was een moeilijk jaar door de weersomstandigheden, maar toen werden er toch alweer  400 flessen gebotteld.

guyot simple - Villers-la-Vigne
guyot simple – Villers-la-Vigne

Alle arbeid in de wijngaard wordt manueel gedaan. Qua snoeimethode wordt vooral de guyot simple gehanteerd en in beperkte mate ook cordon royat, maar die tweede methode vraagt vrij veel plaats in de wijngaard, plaats die er niet is in de kleine clos. Sinds een aantal jaar is de teelt in de wijngaard volledig biologisch. Omdat de wijnen niet vrij te koop zijn, kunnen ze echter geen bio-label aanvragen. De wijngaard heeft wel het Green Key-label, wat hun duurzame omgang in de wijngaard en in de vinificatieruimte honoreert. In Villers gebruikt men bijvoorbeeld zo weinig mogelijk plastic, kiest men voor natuurlijke hulpmaterialen die vergaan in de wijngaard, worden bloembedden ingezaaid, die daarna ondergeploegd worden en wordt ook het snoeihout opnieuw geïntegreerd.

Vinificatieruimte Villers-la-Vigne
Vinificatieruimte Villers-la-Vigne

Omwille van de beperkte opbrengst van de eerste jaren, was er aanvankelijk geen nood aan een eigen vinificatieruimte. Een van onze gidsen, die al van bij het begin bij het initiatief betrokken was, vertelt hoe de eerste jaargangen gewoon in de living van een van de leden vergist werden. Na protest van de echtelijke wederhelft, werd alles naar de garage verhuisd, maar na een paar jaar bleek die ook te klein te worden. In 2013 werd dan begonnen met de opbouw van een eigen vinificatieruimte in de voormalige paardenstallen van de abdij. De leden bleken zeer inventief en handig en veel werktuigen en gereedschappen werden dan ook door henzelf vervaardigd.

Omdat het vinificatieproces steeds professioneler aangepakt werd, werd in  2013 ook geïnvesteerd in grote inox cuves. De druiven worden eerst streng manueel geselecteerd en ondergaan dan een korte koude maceratie om kleur aan de schillen te onttrekken en de fruitige aroma’s te versterken. Wijnen van de regent-druif kunnen vrij astringente tannines hebben, waardoor ze wat hoekig overkomen in de mond. Daarom werd een aantal jaar geleden geëxperimenteerd met koolzuurgisting, de zogenaamde “macération carbonique” die we vooral kennen van de Beaujolais-primeur wijnen – vermoedelijk is dit een primeur in België. Omdat de onderste druiventrossen bij een klassieke  macération carbonique door het gewicht toch wat beginnen gisten, bedachten de ingenieuze vrijwilligers van Villers een systeem met verschillende niveaus  van roestvrije platen die in de cuves geïntegreerd wordt, waardoor de druiven elkaar niet plat drukken. Na de gisting worden de druiven zacht geperst met een verticale, pneumatische pers. Het resultaat is meer dan geslaagd: een soepele, erg fruitige rode wijn, zonder astringente tannines. Omdat er telkens ook wat witte druiven mee vergist worden, is het zuurgehalte – dat bij regent vrij laag kan zijn – van de wijn mooi in balans met de fruitige aroma’s en de soepele tannines. De gebottelde wijnen zijn omwille van de beperkte opbrengst jammer genoeg niet vrij te koop. Enkel leden van de vzw kunnen een flesje op de kop tikken en natuurlijk wordt hij ook geserveerd bij de rondleidingen en de activiteiten die door de vzw georganiseerd worden (ze hebben naar verluidt een leuk koor dat wijnliederen zingt en jaarlijks wordt er in de eerste week van september ook een jazzfestival georganiseerd). De vzw telt ongeveer honderd leden, waarvan er een veertigtal echt actief zijn in het productieproces.

Ondertussen waren we twee uur later (het kunnen er ook drie geweest zijn, volgens mijn vrouw 😊) en gaven onze twee enthousiaste gidsen ons via een geheime doorgang toegang tot de rest van de site, waar – gelukkig voor mijn vrouw – de resten van de abdij in volle glorie schitterden bij strijklicht. Een zeer geslaagd bezoek met dank aan de enthousiaste gidsen Paul en Doug die ons in verschillende talen hun liefde voor de wijn in het algemeen en de wijngaard van Villers in het bijzonder, mee gaven.

Paul Verschueren, een enthousiaste gids in Villers-la-Vigne
Paul Verschueren, een enthousiaste gids in Villers-la-Vigne

Wil je meer informatie over  de wijngaard van Villers-la-Vigne, wil je lid worden, een rondleiding bijwonen of wil je participeren aan een van de acitiviteiten, neem dan zeker een kijkje op de website.

(c) foto’s S. Vanhaezebrouck


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *